menu
15 april 2016

Zijn natuurlijke zoetstoffen beter dan kunstmatige zoetstoffen?

'Natuurlijk' is een begrip dat bij veel consumenten positieve associaties oproept. Levensmiddelen met ingredienten van natuurlijke oorsprong worden positief onthaald. Ingredienten met een kunstmatige oorsprong blijken consumenten vaak te verontrusten. Maar is dit ook terecht? We stelden de vraag aan toxicoloog Prof. Tytgat (KULeuven).

Zijn natuurlijke zoetstoffen beter dan kunstmatige zoetstoffen?

Zoetstoffen van natuurlijke oorsprong, zoals zoetstof op basis van stevia, genieten een positief  imago bij consumenten. Dit is in tegenstelling tot de “kunstmatige” zoetstoffen, zoals aspartaam en sucralose. Waarom is dat zo? We associëren namelijk gemakkelijk het “natuurlijke” met het “gezonde” en het “veilige”. “Synthetische” of “kunstmatige” zoetstoffen worden vaak gewantrouwd, enkel en alleen al omwille van hun herkomst. Is dit terecht? Neen, volgens Prof. Tytgat, toxicologisch expert verbonden aan de KULeuven.

'Natuurlijk' of 'kunstmatig': geen verschil op vlak van veiligheid en gezondheid

De herkomst van een substantie, zijnde natuurlijk of kunstmatig, determineert in geen geval haar veiligheid”, legt Prof. Tytgat uit. Inderdaad, “Alle zoetstoffen zijn onderworpen aan dezelfde evaluatieprocedures voor veiligheid, vooraleer ze op de markt komen”. Voor elke laagcalorische zoetstof is er een Aanvaardbare Dagelijkse Inname of een ADI bepaald, die de gebruiksveiligheid garandeert. “Het is de ADI die aangeeft of de consumptie van een zoetstof binnen de normen is of niet, ongeacht haar oorsprong. Zolang de dagelijks geconsumeerde hoeveelheid lager is dan de ADI, is de veiligheid gewaarborgd”, gaat de toxicoloog verder.