Over laagcalorische zoetstoffen doen vele theorieën de ronde. Ze duiken steeds weer op in de media en debatten, hoewel ze vaak niet goed onderbouwd zijn. Prof. Peter Rogers van de universiteit van Bristol (Engeland) evalueerde de huidige kennis met een wetenschappelijk literatuuronderzoek en bestudeerde in detail drie veelvoorkomende aannames over laagcalorische zoetstoffen.
Deze theorie is gebaseerd op een aantal studies met sacharine bij ratten. Laagcalorische zoetstoffen zouden de aangeleerde controle van het lichaam over de energie-inname verstoren doordat de zoete smaak van zoetstoffen niet in relatie wordt gebracht met calorieën, hetgeen wel gebeurt bij suikers. In werkelijkheid ondersteunen de meeste onderzoeken bij dieren en bij de mens deze theorie niet. De analyse van Prof. Rogers bracht zelfs een procedurefout aan het licht in de desbetreffende onderzoeken.
Veelgehoord is ook de aanname dat een zoete smaak zonder calorieën de aantrekkingskracht van zoet zou vergroten, waardoor je juist meer calorierijke zoete producten gaat gebruiken. Er is echter geen sluitend bewijsmateriaal uit interventieonderzoeken bij de mens op korte en lange termijn (4 weken tot 40 maanden) voor deze theorie. Integendeel: studies geven eerder aan dat de consumptie van laagcalorische zoetstoffen, die vooral in de vorm van dranken wordt bestudeerd, de energie-inname niet verhoogt en toch de zin naar zoet invult.
Volgens deze stelling zouden we ons eetgedrag aanpassen en meer gaan eten als we ons ervan bewust zijn dat we light producten gebruiken. Na een analyse van alle beschikbare gegevens concludeert Prof. Rogers ook hier dat slechts weinig informatie wijst op een bewuste compensatie bij personen die gebruik maken van laagcalorische zoetstoffen. De resultaten van vergelijkende interventieonderzoeken voor laagcalorische zoetstoffen en suiker wijzen er in ieder geval op dat het energieverlagende aspect de bovenhand heeft op alle andere effecten die laagcalorische zoetstoffen mogelijk zouden kunnen hebben op de toename van de energieconsumptie.
Uit een nauwgezette analyse van deze drie theorieen blijkt dat de beperkte energie-inhoud van voeding en dranken met laagcalorische zoetstoffen niet wordt gecompenseerd en dat dit helpt om de dagelijkse calorie-inname te verlagen. Uiteraard zijn laagcalorische zoetstoffen geen wondermiddel om af te vallen en mogen we ze niet als dusdanig beschouwen, verduidelijkt Prof. Rogers, maar ze opnemen in het eetpatroon kan wel degelijk een interessant hulpmiddel zijn voor gewichtsbeheersing.
Referentie: Rogers P J. Proc Nutr Soc. Published online: 23 November 2017